De manier waarop we steden inrichten zal de komende jaren sterk veranderen, met dank aan het Internet of Things. Dat zegt Pieter-Paulus Vertongen, CEO van Aaltra. ‘Maar zomaar toestellen met elkaar verbinden heeft geen zin. Je moet weten wat je wint of bespaart.’
‘Dankzij het Internet of Things kunnen we apparaten met elkaar verbinden: sensoren, lampen, thermostaten, auto’s, vuilnisbakken, verkeerslichten… Doordat we die toestellen online kunnen uitlezen en aansturen wordt het eenvoudiger om energie of tijd te besparen en voor meer comfort te zorgen’, zegt Pieter-Paulus Vertongen, CEO van Aaltra. Zijn bedrijf helpt onder andere Daikin, Engie en Colruyt Group om meer in te zetten op IoT.
Geurhinder
Een van de meest voorkomende toepassingen van IoT in steden is het ophalen van vuilnis. ‘Als je elke week langs afvalcontainers moet rijden om te kijken hoe vol ze zijn, verlies je veel tijd én brandstof. Door sensoren in die containers te plaatsen, kun je ze vanop afstand monitoren en in actie komen op het juiste moment. Er zijn Belgische start-ups die daarop focussen, zoals het Gentse SmartEnds met haar BrighterBins.’
Qweriu is nog een Belgische speler die met IoT in steden bezig is. Dit bedrijf focust op luchtkwaliteit. Vertongen: ’Hun iNose is een luchtsensor die aan de hand van artificiële intelligentie en machine learning verschillende soorten gassen kan meten. Zo kan men in de haven van Antwerpen bijvoorbeeld nagaan of er ergens een lek of geurhinder is.’
IoT is een grote investering, die daarenboven niet eenmalig is. Je moet blijven investeren om nieuwe technologieën en updates te integreren.
Pieter-Paulus Vertongen, CEO Aaltra
Voor het parkeerbeleid kunnen steden terecht bij Geosparc. Deze tech-speler bepaalt aan de hand van sensoren en informatie uit laadpalen de optimale route voor parkeerwachters.
Slim licht
‘Verkeer is een dankbare toepassing voor IoT. De grootste speler op het vlak van verkeersmanagement is BeMobile, bij het brede publiek vooral bekend van de parkeerapp 4411. Zij staan daarnaast ook in voor de signalisatie op de snelweg en werken aan slimme verkeerslichten.’
Zo’n slim verkeerslicht kan dankzij sensoren nagaan welk verkeer er afkomt, om zo op basis van bepaalde prioriteiten bij te sturen waar nodig. Wanneer een groep schoolkinderen wil oversteken zal het verkeerslicht bijvoorbeeld het autoverkeer tegenhouden tot iedereen is overgestoken. Ook ambulances kunnen altijd groen licht krijgen en aankomende voetgangers zouden dankzij zo’n verkeerslicht niet meer op een knop hoeven te duwen om te laten weten dat ze er zijn.
Budget
Het zijn ambitieuze plannen, maar in realiteit staan er in België nog maar een handvol slimme verkeerslichten. ‘De infrastructuur moet aangepast worden, en veel steden en gemeenten hebben de budgetten nog niet om er zwaar in te investeren.’
Toch zijn er een aantal steden waar het wel mogelijk is. Antwerpen en Knokke zijn al jarenlang voorlopers en kunnen dankzij IoT perfect inschatten hoeveel toeristen er komen.
Toch merkt Vertongen een versnelling, want steden beginnen te beseffen dat ze met IoT ook geld kunnen besparen. ‘Het blijft een grote investering, die daarenboven niet eenmalig is. Je moet blijven investeren om nieuwe technologieën en updates te integreren.’
‘Daarom moet er altijd een businesscase zijn. Gewoon het verbinden van toestellen is niet interessant. Je moet weten of en hoe je er tijd en geld mee bespaart. De technologie is nu een pak matuurder geworden en er zijn verschillende succesvolle toepassingen die bewijzen dat je geld kan uitsparen met IoT.’