Onvriendelijke apps leiden tot digitale uitsluiting

Bedrijven die niet nadenken over de toegankelijkheid van hun digitale applicaties lopen het risico een grote doelgroep kwijt te raken. Dat zegt Roel Van Gils, Accessibility Specialist en oprichter van Eleven Ways.

Ieder jaar publiceert imec de Digimeter, een onderzoek dat het digitaal gedrag van de Vlaming in kaart brengt. In de meest recente studie stond onder meer dat 85 procent van de Vlamingen een laptop heeft en liefst 95 procent een smartphone. Het zijn uiteraard mooie cijfers, maar dat zegt niet alles.

Wie een toestel heeft, moet niet alleen toegang tot het internet hebben, maar ook de nodige vaardigheden om ermee om te kunnen gaan. ‘Het gaat ook verder dan die zogenaamde knoppenkennis. Er zijn mensen met beperkingen die wél de nodige toegang en digitale vaardigheden hebben, maar uit de boot vallen. Ze worden uitgesloten doordat digitale tools en platformen te ingewikkeld of onbereikbaar zijn’, zegt Roel Van Gils.

Als Accessibility Specialist en oprichter van Eleven Ways helpt hij onder andere Stad Antwerpen, itsme en Stad Gent om hun online tools zo toegankelijk mogelijk te maken.

Meer contrast

‘We spreken over de digitalisering van de maatschappij, maar eigenlijk is er geen onderscheid meer tussen het analoge en het digitale. Daarom is het belangrijk dat iedereen mee kan. 15 procent van de mensen heeft een of andere beperking die het gebruik van een digitale app bemoeilijkt, en ook de vergrijzing is een factor die een rol speelt bij de toegankelijkheid van online apps en platformen’, zegt Van Gils.

Oudere mensen, zegt Van Gils, gaan vaak op een andere manier met technologie om. ‘Wanneer je grootouder een nieuwe smartphone krijgt, is er altijd wat uitleg bij nodig. Er zijn instellingen om lettertypen te vergroten of het contrast te verhogen, maar niet alle apps houden daar rekening mee. Zo kan het dat de shoppingapp van een lokale supermarkt die instellingen niet automatisch overneemt en de app dus niet langer bruikbaar is voor wie nood heeft aan grote letters. Wie geen klanten wil verliezen, moet altijd testen of die systemen voor alle gebruikers werken. Hetzelfde geldt voor ondersteunende technologieën zoals screenreaders, vergrotingssoftware of text-to-speechapplicaties. Vaak merken we in assessments dat die tools interfereren met hoe men een app of website heeft ontwikkeld.’

Er is een verzadigingsgrens, waarbij mensen het opgeven omdat het te ingewikkeld is, en dat leidt tot digitale uitsluiting.

Roel Van Gils, accessibility specialist

De toegankelijkheid van digitale applicaties verbeteren, is niet alleen belangrijk om geen omzet te verliezen, het wordt ook meer en meer verplicht.

‘In 2025 treedt de European Accessibility Act in voege. Die richtlijn zegt dat aanbieders van hardware en software hun digitale producten toegankelijk moeten maken voor een brede doelgroep. Er zijn Europese standaarden die zeer ver gaan en die – in het geval van bankautomaten, bijvoorbeeld – bepalen welk contrast het scherm moet hebben en hoeveel tijd er maximaal tussen bepaalde acties mag zitten.’

Exponentieel irritant

Vaak loopt het al mis bij het begin, zegt Van Gils, en vertrekken ontwikkelaars van hun ideale doelgroep. Men negeert al dan niet bewust de kwetsbare groepen en nodigt hen niet uit voor gebruikerstesten. ‘Door te veel vanuit zichzelf te redeneren en niet vanuit de gebruikers, creëert men soms een wildgroei aan platformen en diensten. Hoe de overheden met technologie omspringen, is daar een voorbeeld van: iedere dienst heeft een eigen systeem en men stuurt je ook digitaal van het kastje naar de muur.’

‘Wat voor de meeste mensen al vervelend is, is voor mensen met een beperking exponentieel irritant. Mensen met een aandachtstoornis of beperkte motoriek hebben het daarom moeilijk om hun weg te vinden tussen al die eBoxen en Mijn Burgerprofielen. Er is een verzadigingsgrens, waarbij mensen het opgeven omdat het te ingewikkeld is, en dat leidt tot digitale uitsluiting.’

Van Gils: ‘Toegankelijkheid van digitale producten is geen extra laagje op de gebruikerservaring, dat moet van bij het begin meegenomen worden. Het achteraf toevoegen kan natuurlijk, maar dan is het altijd duurder en ervaren ontwikkelaars het als een last, terwijl je het net positief kunt benaderen en als een opportuniteit moet zien.’